2. Een probleem met het auditief verwerken van spraakklanken (fonologische verwerking).
De auditieve verwerking van klanken levert problemen op. Dat wil zeggen dat de verwerking van spraakklanken in de hersenen niet optimaal verloopt. Hierdoor kunnen mensen met dyslexie vaak moeilijk verschillen horen tussen klanken in woorden (bijv. heus/huis, schuur/scheur, hoor/hor, veel/vil). Dit wordt auditieve discriminatie genoemd.
Ook zijn er vaak problemen met het uiteenrafelen van een woord tot klanken of klankgroepen bij het spellen (herfst = h-e-r-f-s-t, fietsenmaker = fiet-sen-ma-ker) en het samenvoegen van klanken of klankgroepen tot een woord bij het lezen (h-e-r-f-s-t = herfst, fiet-sen-ma-ker = fietsenmaker). Dit wordt auditieve analyse en auditieve synthese genoemd.
Tenslotte is het letterlijk en in de juiste volgorde onthouden van klanken, woorden of zinnen vaak een probleem (auditief geheugen).
De combinatie van deze twee problemen maakt dat veel taken voor iemand met dyslexie moeilijk uit te voeren zijn. In de praktijk moeten immers vaak auditieve en andere vaardigheden tegelijk worden toegepast. Voorbeelden van dergelijke situaties zijn: